met het essay van Anneke Brassinga ‘De imperatieven’. ‘Een ervan roept:’Plus vite!Plus vite!’,de ander spot schel en sardonisch met die panische haast,de derde kweelt verliefde riedeltjes en loopjes alsof er niets aan de hand is;huiveringwekkend vergankelijk is het,en eeuwig van wederkeer. Het is alweer een andere avond,zoals steeds. Er zijn tekens,en er is herhaling.’Het hoofd is het orgaan van de uitwisseling,maar het hart is het verliefde orgaan van de herhaling,’ schrijft Deleuze in zijn voor mij nog grotendeels onbevattelijke boek ‘Difference et repetition’. Of bedoelt hij:het liefdesorgaan van de herhaling? In een ander boek,’Le pli’, schrijft Deleuze:’Lezen is niet zozeer vanuit het idee in voorafgaande staat het idee in de erop volgende staat begrijpen,als wel het begrijpen van de inspanning of de impuls waardoor die volgende staat,”door een natuurlijke kracht”‘,ofwel,datgene wat de lezer begrijpt,is de denkbeweging op welker golven de woorden omhoogkomen uit de diepzee,terwijl hij,lezer,af en toe licht zeeziek wordend van andermans beeldspraak,zich op die golven door het boek heen roeit. Lezen lijkt soms een exercitie om oprechtheid,moraal en waardigheid hoog te houden,juist op grond van het besef dat overal ter wereld voor deze begrippen elke grondslag onverbiddelijk ontbreekt. Ook in dat opzicht is de herhaling (met al haar impliciete verschil) als ritus heel hanteerbaar. ‘Apprendre,c’est bien constituer cet espace de la rencontre avec les signes,ou les points remarguables se reprennent les uns dans les autres,et où la répétition se forme en même temps gu’elle se déguise.’ Ik durf dit niet eens te vertalen,zozeer vloeit beeldspraak hier over in betekenis. Het lijkt wel poezie,maar het is bezwering,zoals denken soms dient om angst en pijn te bezweren,zoals leren soms op gang wordt gebracht door signalen die pijn en angst met zich meebrengen.’ (bladzijde 56) Wordt vervolgd. Nu weer een aantal aantekeningen van Elias Canetti uit ‘Slotsom’. ‘Hij wil iedereen graag zachtjes uit elkaar halen en onbeschadigd weer in elkaar zetten.'(blz.38) ‘Elke zin kan zijn uitwerking hebben,ook de meest vergeten zin,ook over duizend jaar.'(blz.39) ‘Ik ben van George gaan houden omdat hij mijn enige zoon was,en zelfs dat was hij niet.'(blz.39) Wordt vervolgd.