met ‘Belofte en gelaat'(Ricoeur,Proust,Levinas) van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘De literatuur heeft deze zelfervaring in de vorm van ‘verhaaltechnieken’ steeds verder geëxploreerd en tegelijk verruimd. Dankzij de literatuur en haar steeds subtielere wijzen van vertellen is ons tijdsbesef verscherpt,en daarmee krijgt ook onze zelfervaring als subject steeds duidelijker contouren. Dankzij de literatuur leert het subject niet alleen zichzelf kennen,maar ontwikkelt het zich ook in een steeds verfijnder zelf-hermeneutiek. Literatuur leert de lezer wie hij is,aldus Ricoeur,en daarbij verwijst hij graag naar Marcel Proust. Een van zijn favoriete passages is die waarin Proust,helemaal op het eind van de grote cyclus ‘Op zoek naar de verloren tijd’,het schrijven van een boek met een kathedraal vergelijkt. Althans,zo schrijft Proust,op die manier had hij zich voorgesteld hoe de schrijvers van de boeken die hém gevormd hebben te werk zijn gegaan:als ware kathedraalbouwers. Maar,zo noteert hij vervolgens,’ikzelf dacht op een bescheidener manier aan mijn boek,en het zou zelfs onjuist zijn te zeggen dat ik dacht aan degenen die het zouden lezen,aan mijn lezers. Want zij zouden volgens mij niet mijn lezers zijn,maar lezers van zichzelf,waarbij mijn boek alleen maar zou zijn als die vergrotende brillenglazen die de opticien van Combray een koper voorhield:mijn boek,waarmee ik hun een middel zou verschaffen om in zichzelf te lezen.”(bladzijde 326-327) Wordt vervolgd. Nu weer verder met een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘Ademruis’. Titel; ‘O Sappho’. ‘Hoe je in het dierenasiel achtergelaten tussen de tralies mij aanspeelde/Hoe je op een morgen er met de hesp op de ontbijttafel vandoor kwispelde/Hoe ik je eens vond achter de zetel lustig kauwend op de afstandsbediening/Hoe je rende op het strand tot ik erbij neerviel,en nog was je niet moe/Hoe je tot groot jolijt van mijn dochtertje haar pop duizenden likjes gaf'(bladzijde 14) Het gedicht is nog niet af. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘ontvorm de fiool van de leegte’.(bladzijde 209)