Weer verder met ‘Hölderlin, biografie van een mysterieuze
dichter’ van Rüdiger Safranski.
Verder met
Hoofdstuk 6
‘Ook in het verre Duitsland werden de gebeurtenissen gevolgd. In de publieke
opinie die de Helleense zaak een
warm hart toedroeg werd duidelijker dan in het verleden onderscheid gemaakt
tussen de mythe van het klassieke
Griekenland en de Griekse realiteit van de achttiende eeuw. De afstammelingen van
een groot geslacht werden nu
gezien als gedegenereerd, bandeloos, onpatriottisch, laf, roofzuchtig. Als er nog
sprake was van sympathie voor de
Griekse bevrijding van de Ottomaanse heerschappij, dan niet uit solidariteit met
de Grieken uit de eigen tijd, maar uit
eerbied voor de mythe Griekenland. Daardoor liet ook Hölderlin zich leiden bij
zijn keuze van het onderwerp van zijn
roman.
Niet alleen het thema was populair, ook het literaire genre van de roman was
dat. Dat wist Hölderlin, en ook daarom
koos hij voor die vorm, omdat hij eindelijk ook eens door een groter publiek
wilde worden erkend, want veel gedichten
waren nog niet gepubliceerd en de andere waren in kleine tijdschriften en
muzenalmanakken verschenen. Dat zal zo
blijven. Hölderlin was een schrijver voor het nageslacht. Dat hoort bij zijn
tragedie.’
(Bladzijde 83) Morgen verder met dit hoofdstuk 6.