Weer verder met ‘Hölderlin, biografie van een mysterieuze dichter’ van Rüdiger Safranski.
Verder met
Hoofdstuk 9
‘In Duitsland mag dan alles langer duren, maar het resultaat, vrijheid, republiek en mensenrechten, wordt dan wel
blijvender, denken Schiller en Hölderlin. Maar beiden hadden er niet in de verste verte rekening mee gehouden dat
uit de vertraagde natie in plaats van democratische en culturele wasdom specifieke hysterie en ressentiment zouden
ontstaan, dat de langzaam gegroeide cultuur en beschaving niet krachtig genoeg zouden zijn om de barbarij te voor-
komen, en dat de cultuur zich dienstbaar zou laten maken aan de oogmerken van de barbarij.
Tot de volgende opvlamming van een revolutionaire stemming is het voor Hölderlin eerst zaak ‘afscheid te nemen’ van
zijn politieke dromen. Maar gelukkig is er nog iets anders dan politiek, daar herinnert Hölderlin zichzelf en zijn teleurge-
stelde vriend aan: ‘Maar je hebt jezelf nog, en enkele anderen, en het is ook mooi in jezelf en enkele anderen een wereld
te vinden.’
Toen Hölderlin die regels schreef, ontstond het gedicht ‘De eikenbomen’. Daarin klinkt de gedachte uit de brief door, dat
namelijk het individu, als hij in zichzelf zijn middelpunt en zijn eigen wereld gevonden heeft, genoeg kan hebben aan zich-
zelf,’
(Bladzijde 138) Morgen verder met dit hoofdstuk 9.