met Kiene Brillenburg Wurth;’Intermedialiteit & Tree of Codes’ van Jonathan Safran Foer’ ondertitel, ‘ Kunst is zichzelf niet meer’. ‘Wanneer bij intermediale verwijzing de ene kunstvorm ‘doet’ zoals een andere,wordt dit in het onderzoek naar intermedialiteit vaak presentationele intermedialiteit genoemd. De ene kunstvorm presenteert of beeldt de andere uit,zoals in het Van Ostaijen-voorbeeld. Aan de andere kant staat representationele intermedialiteit,wanneer de ene kunstvorm naar de andere verwijst,maar daarbij niet zover gaat te ‘doen’ als die andere kunstvorm. Je kunt daarbij denken aan het beroemde gedicht ‘Musee des Beaux Arts’ van W,H.Auden uit 1938. Hij beschrijft daarin de werken van de ‘old masters’ , en Brueghels Val van Icarus in het bijzonder,maar hij imiteert de schilderkunst niet: Quite leisurely from the disaster;the ploughman may Have heard the splash ,the forsaken cry, But for him it was not an important failure ;the sun shone As it had to on the white legsdisappearing into the green Water;and the expensive delicate ship that must have seen Something amazing,a boy falling out of the sky, Had somewhere to get to and sailed calmly on. (Auden 1976,179) Toch doet de kunst vaak net iets anders dan de theorie beschrijft-presentationeel of representationeel,verwijzing of transpositie.Ook de nieuwe termen van de twintigste en eenentwintigste eeuw zijn vaak niet toereikend voor de creatieve praktijk. In het analyseren van literatuur en kunst, en wat ertussen valt,moet je dan ook steeds uitgaan van het werk als singulariteit,als dit werk,hier,dat de theorie,de bestaande concepten,zal kunnen ondervragen en uitdagen.’ (bladzijde 156-157) Wordt vervolgd. Ezra Pound komt of morgen of overmorgen weer terug. De hommage is zo goed als af. Nu de foto hier zien te krijgen.