met het boek van Peter Henk Steenhuis en René Gude ‘door het beeld door het woord’. ”In deze film is elk nieuw stadium de vernietiging van het vorige:ik begraaf de oude tekening onder een nieuwe laag krijt. En verderop in de film haal ik zelfs telkens pastel weg. Je ziet doodshoofden verschijnen en verdwijnen. Bloemen opkomen en verwelken. Gras doodshoofden overwoekeren. Het is een cirkelgang,een kringloop. Ik geloof niet dat er een belofte na dit leven is. Maar ik put veel troost uit de manier waarop leven en dood elkaar afwisselen. De dode materie van de schedels wordt afgebroken en vormt voedsel voor insecten en bloemen. Dat gegeven roept medelijden op,biedt troost en hoop.’ Terug naar de film. We zijn nu op het punt beland waarop er voor het eerst vegen zichtbaar worden – geen wolken. Ik probeer mijn eerste associatie van de passagier die uit het vliegtuig door de wolken omlaag kijkt te verdringen. Dat beeld is te eenduidig,te realistisch. Wat ik overhoud is het besef:op dit moment in de film ontstaat er meer diepte. In plaats van op de passagier concentreer ik me op de begrippen ‘medelijden’,’hoop’,’dood’,’verlies’. Kan ik deze woorden koppelen aan wat ik zie,bieden ze meer inzicht? Er schiet me een passage te binnen uit het essay dat Den Otter mij heeft toegestuurd. In dat verhaal gaat hij uitvoerig in op zijn overtuiging dat onze zogenaamde vooruitgang gepaard gaat met een gevoel van verlies. Den Otter schrijft dat hij er als adolescent echt overtuigd was dat er een betere wereld in het verschiet lag. ‘Ik geloofde erin,ook in de kracht van kunst,van cultuur,van beschaving in het algemeen. Ik hield hartstochtelijk van schilderkunst,muziek,theater,ballet,literatuur,noem maar op. Die liefde voor de kunst bracht mij uiteindelijk op de kunstacademie. Voor mij was het betreden van de kunstacademie een groots moment. Ik wist dat ik mij toegang had verschaft tot iets overweldigends. U voelt het wel aan:dat viel tegen.'(bladzijde 154-155) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘De windvanger’. Het vervolg van het gedicht ‘ISLA NEGRA/bij de dood van Pablo Neruda’. ‘we hebben je dood van dag tot dag gevolgd,Neruda -/o,je hebt ver gelopen om tot aan de rand van de aarde/te komen (was dit hemel?was dit hel?)/door de opengereten straten van Madrid/waar Lorca lag met de kogels als zaad in zijn lijf -/voorbij de grijze kinderen van Barcelona/en de verschrikkelijke dode dieren/altijd naar de grens/met Spanje in je hart -/vanuit eeuwenoude maar nog levende beschavingen/met het kloppen van steen en metaal in je aderen/over bergtoppen van de Andes/over zonnealtaren/naar het aanbreken van een nieuwe,menselijkere dag -/onder yankeevliegtuigen van vernietiging/door de verrotte bittere zwarte rijstvelden van Vietnam/voorwaarts! altijd voorwaarts!/samen met arbeider en landbouwer/door de brede lanen van jouw gedichten'(bladzijde 30-31) Wordt vervolgd. Het gedicht is nog niet af.