met het boek van Peter Henk Steenhuis en René Gude ‘door het beeld door het woord’. ‘Dat betekent tenslotte “orde”,voor zover wij die waarnemen en veronderstellen. Kosmos is dan het deel van het Heelal waar voor ons regelmaat heerst. Kosmos is het tegenovergestelde van Chaos. In de Kosmos leggen allerlei planeten en sterren in een benijdenswaardige regelmaat hun bewegingen af. Wij zetten daar tot voor kort letterlijk onze klok op gelijk. De Kosmos is het oermodel voor dat beetje rationaliteit in onze dagen. Zon,maan en sterren:wat een inspirerende kalmte gaat daarvan uit vergeleken met de druzige paden die wij forenzen dagelijks afleggen om weer thuis te komen. De druzigheid van ons gedoetje maakt het mogelijk om de Wereld te onderscheiden van het ordelijk verlopende deel van het Heelal. De Wereld is het veranderlijke ondermaanse,die drukke leefsfeer waar wij en alle andere organismen rondkriebelen. Het is een voorstel voor woordgebruik. De term “Wereld” slaat op het deel van het Heelal dat door mensen wordt beleefd en bewoond. Wil je uitleggen waarom je af en toe hoofdletters gebruikt? ‘Nee.’ Hm. Oké. Terug naar de Wereld. ‘De Wereld is het domein waar wij halfbewust rond rommelend deel van uitmaken,het startpunt van al onze particuliere,al te menselijke voorstellingen,inzichten,wensen en plannen. De Wereld omvat alle hoogst veranderlijke natuurverschijnselen,maar ook altijd de nieuwe artefacten als koffieautomaten,theoriestaketsels,oorlogsverklaringen,goede bedoelingen,misverstanden en de viltcocons die wij zelf voortbrengen. Daarvan snappen we weer een heleboel.’ De Wereld is geen totale Chaos?’ (bladzijde 302-303) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘De Windvanger’. ‘DE VEROVERAARS///// omdat wij ze niet als mensen wilden erkennen/is alles wat menselijk is in ons verdord/en kunnen we niet wenen over ons sterven/ omdat we niets anders wensten dan vrees en haat/hebben we de mensen-opstand voor menselijkheid niet herkend/en schor hebben we naar oplossingen gezocht maar te laat/de bloemen in het vuur///niemand stelt belang in onze oplossingen-///we zijn niet te begrijpen/we zijn andersoortig/we zijn de kinderen van Kaïn/// omdat we ons in wellust op God wilden beroepen/heeft God onze woorden hol gemaakt en tevergeefs/roepen we nu in zitkamer en tuin en op veranda/in holen dat we uitverkorenen zijn'(bladzijde 152) Wordt vervolgd. Het gedicht is nog niet af.