met het boek van Peter Henk Steenhuis en René Gude ‘door het beeld door het woord’. ‘Kinke Kooi doet iets heel anders:zij laat het Lustvolle op zichzelf staan. Dat is nieuw. ‘Het is een doorbraak het Lustvolle als een aparte categorie te zien naast het Goede,het Ware en het Schone. Je vergeet echt iets als je dat niet doet. We hebben slechts een paar vermogens om ons op de wereld te oriënteren. De zintuigen en de ratio zijn voorstellingsvermogens,je kunt een schemerlamp zien of je kunt je er een denken. Dat betekent nog niet dat je een schemerlamp wilt hebben. Daar hebben wij ons streefvermogen voor nodig. Dat valt uiteen in,ten eerste,de directe begeerte naar een schemerlamp die je ziet staan als je op de zwarte markt in Beverwijk loopt,en,ten tweede,in de uitgestelde begeerte – ofwel de wil – als je al twee jaar spaart voor een echte Gispen. Vier modules dus:zintuigen,verstand,begeerte en wil. En in het latijn:”sensus”,”ratio”,”appetitio”,”voluntas”. Als er zulke mooie woorden voor zijn,moet het wel kloppen. Onze ongecensureerde begeerte,de “appetitio”,is stiefmoederlijk bedeeld. In talloze onschuldige gevallen kun je die gewoon z’n gang laten gaan – en dat zijn niet de slechtste momenten.’ Gaat de rehabilitatie van het Lusytvolle de wereld veranderen? ‘Ja,het Lustvolle is fundamenteel,in de letterlijke betekenis. Alle projecten beginnen bij de lustgevoelens van de deelnemers of lopen stuk op onlustgevoelens.”(bladzijde 367-368) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘De windvanger’. Verder met het gedicht ‘DE COMMUNIST HERINNERT ZICH’. ‘wie heeft je ooit een holte voor je voet beloofd?/wie wist dat elk geloof tot slachtingen leidt?/wie vermoedde dat het geweten een verkreukeling/van vergeten binnen smeulende horizonten zou worden?/wanneer vuurwagens ophouden met loeien/en de maan soms een vreemd bloeisel is/en beeldschermen hun oorlogsnieuws stil op laten flikkeren/in kamers van sluimerende portiers/hurk jij neer op het balkon en wacht'(bladzijde 246-248) Wordt vervolgd. Het gedicht is nog niet af.
