met ‘Structuur'(Lévi-Strauss,Saussure,Lacan) van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Dat moest zich niet langer concentreren op of in het denken van de mens,maar vervangen worden door een ander schema dat (net als bij Kant) de mogelijkheidsvoorwaarden voor het verschijnen van een wereld zou bevatten. In het menselijk subject kan dat echter niet meer liggen. De mens kan zijn basis niet vinden in zichzelf,als een Baron von Münchhausen die zich aan zijn eigen haren uit het moeras trekt. Hij kan slechts zijn wat hij is op grond van een structuur die hem het coördinatenstelsel van een samenhangende wereld aanreikt,maar waarvan hij niet zelf de bron of oorsprong is. Hij is zelf een van de elementen ín die structuur – die aan hem voorafgaat en hem zijn plaats toewijst. Vanuit deze overtuiging ontstond vanaf de jaren veertig een denkstroming die ‘structuralisme’ werd genoemd. Het gemeenschappelijk uitgangspunt van de structuralisten lag in de overtuiging dat de betekenis van de wereld niet voortkomt uit een spontane beslissing van het subject (zoals vooral Sartre dacht),maar dat dit subject zelf ligt ingebed in een mentale ordening waarnaar het zich te richten heeft,of het nu wil of niet. Sterker nog:alleen omdat er een dergelijke ordening is,kan er zoiets bestaan als een subject. Het ‘ik’ is niet langer de bron van alle betekenis,maar is zélf een teken geworden in een anoniem raster dat over een aanvankelijk diffuse en daarom betekenisloze werkelijkheid heen is gelegd. Dankzij dat raster bestaat er onderscheid tussen de dingen,en pas op basis van dat onderscheid kan er ook zoiets ontstaan als een zinvol universum.'(bladzijde 285-286) Wordt vervolgd. Nu weer verder met het gedicht ‘Hier en nu op het strand’ van Mark van Tongele uit de bundel ‘Ademruis’. ‘Kijk daar hoe melkromig de zee mij aanademt,/hoe eindeloos wijdbeens zij mijn verte bloot lacht,/hoe zij mijn vloot weergaloos te haren branding laat,/tot ik hemels slaap als een geborgen lichtmatroos.'(bladzijde 47) Dit was het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘plooien het hoofd van de vrijheid tot tabbaard’.(bladzijde 223)