Weer verder met ‘Hölderlin, biografie van een mysterieuze
dichter’ van Rüdiger Safranski.
Verder met
Hoofdstuk 6
‘Hölderlin was er zeker toe bereid te concurreren met de gangbare
marktproducten. Het was geen uitgemaakte
zaak, schreef hij aan Neuffer, ‘of mijn Hyperion niet misschien ooit een
plaatsje zou mogen innemen tussen de
helden die ons toch wat aangenamer bezighouden dan de woord- en avontuurrijke
ridders’ (MA II, 499). Dat zal
geen makkelijk karwei worden. Want de schreeuwerige en exotische avonturenromans
waren duchtige concur-
renten.
Dat had ook te maken met de bijzondere sociaal-politieke en geografische
omstandigheden in Duitsland. Het
gebrek aan belangrijke stedelijke centra voor het sociale leven begunstigde de
afzondering en de matiging. Duits-
land kende geen politieke macht die de fantasie vleugels gaf, geen grote
mysterieuze hoofdstad, geen koloniën
die het gevoel voor de verte en het avontuur in de wijde wereld wekten. Alles was
versplinterd, benauwd en klein.
In Jena lagen de hoofdkwartieren van de Romantiek en het Classicisme op een
steenworp afstand van elkaar. Alle
buitengewone daden die verricht werden door de Engelse zeevaarders en ontdekkers,
de pioniers in Amerika, de
matadoren van de Franse Revolutie, kon het Duitse publiek in de regel enkel
indirect meemaken, via een literair
surrogaat.’
(Bladzijde 85-86) Morgen verder met dit hoofdstuk 6.