met ‘De ervaring van intertekstualiteit’ ondertitel ‘De intensiteit van wat ‘raakt’ :de simultane werking van tekst en intertekst in Tonnus Oosterhoff’ van Frans-Willem Korsten. ‘Opnieuw blijkt hoe resonantie wordt gereserveerd voor een tijd en plaats overstijgend relief,zoals blijkt uit de woorden ‘a larger world’,en ‘emerge’.Het bijgevoegde ‘wonder’ wordt dan gereserveerd voor de esthetische ervaring van het singuliere werk.Daarbij gaat het om intensiteit zoals blijkt uit ‘exalted attention’. Die verhoogde intensiteit wordt hier,jammer genoeg,alleen kwalitatief ingevuld.’Wonder’,verbazing,is geen wetenschappelijk begrip,zoals ‘resonantie’ dat wel is.’Wonder’ is slechts een ervaring uit een veelvoud van andere intense ervaringen,zoals walging,opwinding of vreugde,ik wil onder andere daarom met betrekking tot intensiteit ‘resonantie’ heroverwegen in relatie tot de affectieve werking van tekst en intertekst. Ik wil het begrip inzetten om beter te kunnen begrijpen hoe teksten mensen heel verschillend kunnen raken. Er is een belangrijke reden om juist resonantie te gebruiken voor zo’n analyse. Het bovenstaande citaat is vaak aangehaald om aan te geven hoe Greenblatt hier probeert weg te komen van de meer politieke Foucault.Maar de manier waarop teksten ons raken is zowel esthetisch als politiek van belang.Kunst raakt ons esthetisch in de zin dat ze de manier betreft waarop het werk de ontvanger conceptueel en zintuiglijk iets ‘aandoet’. Anders gezegd:kunst werkt affectief.’ (bladzijde 308-309) Wordt vervolgd. Nu verder met nog een klein stukje uit het verhaal ‘De Aleph’ van J.L.Borges. ‘Ik voelde oneindige verering,oneindige deernis.-Je zult wel helemaal verbijsterd zijn van zoveel gluren op plaatsen waar je niets te maken hebt – zei een verveelde,joviale stem -. Al prakkizeer je nog zo hard,in geen eeuwigheid zul je me deze onthulling kunnen vergoeden. Wat een geweldig observatorium, he Borges! De voeten van Carlos Argentino stonden op de hoogste trede. In het plotselinge halfduister wist ik overeind te komen en te stamelen: -Geweldig. Ja,geweldig, De onverschilligheid van mijn stem verbaasde me. Gespannen drong Carlos Argentino aan: -Zag je het allemaal wel goed,in kleuren? Op dat moment kwam het denkbeeld van wraak in me op. Welwillend,onmiskenbaar medelijdend,nerveus,ontwijkend,dankte ik Carlos Argentino Daneri voor de gastvrijheid van z’n kelder en drong er bij hem op aan gebruik te maken van het afbreken van z’n huis om weg te gaan uit de verderfelijke metropool,die niemand,geloof me niemand!,verschoont. Met zachtzinnige stelligheid onthield ik me er van over de Aleph te discussieren;ik omhelsde hem bij het afscheid nemen,en zei hem nog eens dat het buitenleven en de rest twee grote heelmeesters zijn.'(bladzijde 23) Dit was het citaat uit De Aleph. Morgen kom ik met gedichten van J.L.Borges.