met het boek van Arthur C. Danto ‘Wat kunst is’. ‘2 Restauratie en betekenis De Sixtijnse Kapel ziet eruit als een enorme tekening van Daumier. -Pablo Picasso Een geweldige tekenaar,maar een gebrekkig schilder. -Jean Cocteau Deze uitspraken – dat het plafond van de Sixtijnse Kapel eigenlijk een tekening was en in essentie monochroom,zoals de sepia panelen van Daumier – zijn berichten uit het verleden die ons vertellen hoe het plafond eruitzag in de jaren dertig van de vorige eeuw,toen twee heren in Rome verbleven met het Ballet Russe de Monte Carlo. Ze vertellen hoe het plafond eruitzag vóór de meest recente schoonmaakbeurt,waarmee in 1994 akkoord werd gegaan. In 1996 bezocht ik Rome als gast van de Amerikaanse meester Cy Twombly,die enthousiast was over de restauratie. Hij vond dat die bewees dat Michelangelo wel degelijk een groot schilder was. Voor ik New York verliet,had ik me door mijn collega James Beck ervan laten overtuigen dat de restauratie juist een catastrofale mislukking was.'(bladzijde 73-74) Wordt vervolgd. Nu weer het vervolg van het verhaal ‘Helblings geschiedenis’ van Robert Walser uit de bundel ‘De vrouw op het balkon en andere prozastukjes’. ‘Maar mijn ziel is voor mij een te duister en waardeloos ding om te kunnen waarderen wat die mij laat vernemen. Ik vind die toon ervan maar niets. Ik denk dat je alleen maar uit verveling naar het gemompel van je ziel luistert. Wanneer ik in het kantoor sta,worden mijn ledematen langzaam van hout dat je verlangt aan te kunnen steken zodat het verbrandt:lessenaar en mens worden mettertijd één. De tijd,die geeft me altijd te denken. Hij gaat snel voorbij,maar in al zijn snelheid lijkt hij zich plotseling te krommen,lijkt hij te breken,en dan is het alsof er helemaal geen tijd meer is. Soms hoor je hem ruisen als een zwerm opvliegende vogels,of zoals bijvoorbeeld in het bos:daar hoor ik altijd ruisen,en dat doet je echt goed want dan hoeft een mens niet meer na te denken.'(bladzijde 36-37 ) Wordt vervolgd.