met het boek van Arthur C. Danto ‘Wat kunst is’. ‘Toen Virginia Woolf de tentoonstelling van Afrikaanse beelden bezocht die Robert Fry met zo veel enthousiasme had besproken,schreef zij aan haar zuster Vanessa:’Ik heb zo’n vaag idee …dat als ik er een op de schoorsteenmantel zou hebben staan,ik een ander type zou zijn – minder beminnelijk,voor zover ik dat kan zeggen,maar niet iemand die je snel vergeet.’ Ik neem aan dat zij bedoelde dat als zij de esthetische ideeën zou aannemen die door Afrikaanse figuren werden belichaamd,zij niet bepaald de broze Bloomsbury-figuur zou zijn die wij denken dat zij was,maar in plaats daarvan de god van het vuur zou aanbidden en op het ritme zou dansen van wilde trommels (of die van de Wall Street-bezetters) of in ieder geval open zou staan voor de imperatieven van een heel andere cultuur. Er vond een buitengewoon veelzeggende botsing van gevoeligheden plaats tijdens een bijzonder ongelukkige episode in Fry’s leven. In de twintiger jaren reisde hij naar Frankrijk om met hypnotherapie hulp te zoeken tegen chronische pijn. Hij ontmoette een Francaise,Josette Coatmellec,met wie hij een romantische,maar naar het schijnt geen seksuele relatie aanging. In het voorjaar van 1924 liet hij haar een Afrikaans masker zien dat hij had gekocht. Fry’s biografe Frances Spalding schrijft in ‘Roger Fry,Art and Life’ dat ‘de primitieve expressie haar schokte,waardoor ze bang werd en in paniek raakte’. Ze begreep Fry’s gebaar het masker met haar te willen delen totaal verkeerd – ze dacht dat er met haar gespot werd. Voordat Fry het kon rechtzetten,schoot ze zichzelf dood,op de kliffen bij Le Havre,met uitzicht op Engeland. Fry heeft haar grafsteen ontworpen.'(bladzijde 159160) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Bernlef uit ‘Niemand wint’. ‘BAL TEGEN BAL////Misschien is de grootste verleiding/bal te zeggen tegen bal,tak te laten/rijmen op tak,merel op merel///Om kaalgesleten als een oud tapijt/kleuren te laten schieten,de laatste draad/kwijt te raken – de op een na laatste.///Laat los,zegt de mond tegen/de hand die vasthoudt en/niet eens weet hoe zij heet.///De verleiding is groot/maar de verleidster/zij is nog groter.'(bladzijde 13) Wordt vervolgd.