met het boek van P{eter Henk Steenhuis en René Gude ‘door het beeld door het woord’. ” En toch komt het allemaal uit het betekeniswoordenboek “Het juiste woord”. Dat is ook jouw bijbel,Henk. We zouden deze onderscheiding eigenlijk aan kunstenaars moeten voorleggen voor verder onderzoek. Als enkelen dit setje conceptuele onderscheidingen willen beproeven door beeld te maken dat attentie,fascinatie,admiratie of captivatie oproept,blijkt snel genoeg of de distincties standhouden. Als mijn ideeën kloppen,moet de conceptuele inhoud overeind blijven in totaal andere media.’ Lust al het goede komt van onderen Ik heb genoten van het werk van Kinke Kooi. En ook van wat zij erover zegt. Zij bekritiseert Plato niet zozeer om het onderscheid dat hij maakte tussen lichaam en ziel,maar vooral om de negatieve houding die hij inneemt tegenover het lichaam. Ben je het met Kooi eens? ‘De academie van Plato was gevestigd naast het gymnasium,de sportschool. Plato en Socrates worstelden wat vrijer met jonge jongens dan wij gepast zouden vinden,maar ze wilden naast al die opwinding ook nog iets verstandigs doen. Ik herken de behoefte aan een zekere matiging van erotische oprispingen,ook zonder een hekel aan het lichaam te krijgen. Het zijn altijd opgewonden standjes die naar beperking streven,nooit de aseksuelen.”(bladzijde 363-364) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘De windvanger’. ‘TWEEREIS/////ik houd er nogal van om met mezelf op reis te gaan:/mijn zelf is goed gezelschap,we komen/zonder te veel horten en stoten verder/al ruziën we er soms over wie de zwaardere tas moet dragen///we kunnen urenlang door het stof sloffen/of als het moet op houten banken slapen/tussen kippen en bokken en omaatjes/die straaltjes tabakssap uitspugen met de vaardigheid/van veteranen uit de Krimoorlog'(bladzijde 242) Wordt vervolgd. Het gedicht is nog niet af.
