met het boek van Peter Henk Steenhuis en Rene Gude ‘door het beeld door het woord’. ”Voor hen niet “stadslucht maakt vrij”,maar stadslucht maakt neurotisch. Dan liever de vrijheid van de schaapherders met hun tenten en hun dieren. Ook geen akkerbouw:die is Abel fataal geworden,doordat Kain het niet wilde. Ook niet terug naar de jacht,zoals Ezau,die z’n eerstegeboorterecht aan schaapherder Jacob verloor. De heringevoerde,blijkbaar als ideaal ervaren leefwijze,werd opnieuw:in kemelsharen mantels,met tenten en een mobiele Ark des Verbonds achter de schapen aan. De aartsvaders waren,als ik de volgorde goed heb,respectievelijk anti-Ur,anti-Babylob,anti de Egyptische voorraadsteden Pitom en Raamses,anti-Sodom en Gomorra,anti-Jericho,anti-Alexandrie,kortom anti de Sumerische,babylonische,Perzische,Hellinistische en Romeinse stadscultuur die in het Westen – via Rome – de vaste maat zou worden. Ze waren occidentalisten,zou je kunnen zeggen,en hun strijdmethoden waren niet geheel ongelijk aan die van de jongens die nu de Islamitsche Staat willen vestigen na de vernietiging van Mekka en Medina. Al dat bloed vloeit al ruim zesduizend jaar in dezelfde regio,in dezelfde strijd tussen de verondersteld liederlijken in steden en de verondersteld heiligen in tenten.’ (bladzijde 376-377) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘De windvanger’. Verder met het gedicht ‘AAN BOORD GAAN’. ‘ Aan boord van het vrijwel lege vliegtuig/zingen wat dronken soldaten./We zullen door duistere tijden vliegen/met onder de vleugels dode landen,/dode woorden van vrijheidsdromen///En ik leun achterover en denk aan jou/beminde vlak onder oogleden./We zullen door duistere tijden vliegen,/beminde. Ik zal je dromen/als een maagdelijke beminde bekenning’ (bladzijde 260) Wordt vervolgd.