met de lezing van P.F. Thomése ‘Het raadsel der verstaanbaarheid,over de kunst van het authentieke’. Uit ‘Verzameld Nachtwerk’. ‘De mythevorming weerspiegelt de haast sjamaanachtige rol die de schrijver met zijn onnavolgbare werken in de samenleving dient te spelen. Sphinx,Orpheus,Tiresias en Odysseus in een. Bedenker van raadsel,bezoeker van gene zijde,blinde ziener en verdoolde kapitein met de blik op de lege horizon op weg naar huis. Hoe anders werkt het in de marketing. Hier wordt de mythe kunstmatig opgewekt. De marketing laat zich leiden door wat het publiek wil horen. Het is geen reactie achteraf,geen commentaar op een ervaring,maar een reactie vooraf. Het oordeel gaat aan de ervaring vooraf. Er is reeds geoordeeld,op grond van in het verleden behaalde bedrijfsresultaten. Een marketingconcept is altijd een herhaling,zoals alles in het reclamevak een Wiederholung van dasselbe is. Een nieuwe auteur in het boekenvak is dan ook altijd een nieuwe oude auteur. Een nieuwe Reve,een nieuwe Hermans,een nieuwe Jan Cremer,een nieuwe Lucebert:hoe vaak hebben we ze al niet voorbij zien komen. En ook de nieuwe Grunbergen zijn niet aan te slepen,terwijl Grunberg zelf ooit nog begonnen is als de nieuwe Reve,die later de nieuwe Hermans bleek te zijn. Niet voor niets zijn er de laatste jaren zoveel acteurs succesvol in de boekenbranche.'(bladzijde 131) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘Skryt Om een zinkend schip blauw te verven’. ‘De woorden tegen de wolken////voor Yehuda Amichai///-‘schoen’ ‘woestijnroos’ ‘modder’-///(het geluk wilde/dat ik vandaag enkele woorden kon opvangen/voor jou/om te kunnen beschrijven/dat men niet alleen aan niets in de grond/loopt te denken,maar ook de woorden in hun betekenissen/ziet,tussen pleepapier,beelden,versteende vis///(trap niet op de verkeerde woorden!/’de terreur van mijnen leggen’,zei je eens,’ (bladzijde 91) Wordt vervolgd. Het gedicht is nog niet af.