met ‘De ongevestigde chaos’, autobiografie van een lezer’. Uit ‘Nergensman’ van P.F.Thomése. ‘Om misverstanden te voorkomen, met ‘herkenning’ heeft dit niets te maken, het is er juist het tegendeel van. ‘Herkenning’ is de ervaring die de lezer heeft als hij merkt dat de beschrijving ‘klopt’,dat wil zeggen bevestigt wat hij zelf, zonder er woorden voor gevonden te hebben, reeds vermoedde. Iemand die ‘herkent’,vindt een formulering waarin een bepaalde ervaring op afdoende wijze wordt vastgesteld. Dit sjibbolet wordt een sjablone waarmee hij voortaan toe kan. Zo’n herkenbare passage lucht opmaakt een einde aan mogelijke verwarring. De literaire sensatie waar ik op doel, sluit de ervaring niet af, maar opent deze juist. Zij werkt niet ordenend, maar ontregelend. Zij ontsnapt aan het definiërende,aan afdoende verklaring. Nabokov geeft er een voorbeeld van in zijn Gogolstudie,de inmiddels klassieke laarzenpoetser uit ‘Dode zielen’ die aan het eind van hoofdstuk zeven mag optreden wanneer iedereen naar bed toe is, de dronken hoofdpersoon Tsjitskov incluis, en er een tevreden stilte neerdaalt over de slapenden.’