met ‘Tot besluit’ van Arnold Heumakers uit het boek ‘De esthetische revolutie’. ‘Elke filosoof moet op zeker moment in een dichter veranderen,betogen Friedrich Schlegel en Novalis,terwijl voor Schelling de kunst het nieuwe ‘Organon’ van de filosofie wordt. De onmisbaarheid van de poëzie voor de filosofie legitimeert het hernieuwde geloof in de poëzie,waarop het romantische engagement berust. Hier vinden de extreem hoge verwachtingen die daarmee zijn verbonden hun oorsprong en ondersteuning. Hoewel nooit helemaal duidelijk wordt hoe zij zich de poëtische toekomst als gevolg van een ‘esthetische revolutie’ precies voorstelden,lijdt het geen twijfel dat romantici als Schlegel en Novalis onder poëzie veel meer verstonden dan enkel dichtkunst. De hele samenleving moest ‘gepoëtiseerd’ of ‘geromantiseerd’ worden,met als einddoel of ideaal het herstel van het ‘gouden tijdperk’. Uiteindelijk is het nooit tot zo’n ‘esthetische revolutie’ gekomen,althans niet buiten het autonome domein van de kunst. Toch zijn deze romantische ambities en idealen wel blijvend deel gaan uitmaken van het nieuwe romantisch-moderne kunstbegrip,dat tot op de dag van vandaag domineert. Zelfs als we er niet echt meer in geloven,wordt van alle zijden aan deze ambities en idealen lippendienst bewezen;ze horen bij het heersende kunstbegrip.'(bladzijde 358) Wordt vervolgd. Nu weer verder met het verhaal ‘Resten van mijn verhaal’ van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘Alles één paard’. ‘Hij is in elk geval een vreemdeling en geheel buiten zichzelf van ongerustheid. Samen gaan we terug naar de boerderij van de familie. Het land is duister en een toevlucht niet gemakkelijk te vinden. Je weet nooit. Honden komen als gekken op ons af rennen,hun poten zompend in de modder,kwijldraden rond de muil. Het zouden onze honden kunnen zijn,de honden van de buren,wat doet het ertoe. Om ze op een afstand te houden graai ik naar kluiten aarde om te smijten naar het gegrauw of het kwaadaardig gestaar van hun uitpuilende ogen. Ze staan op de rand van een sprong naar de keel.'(bladzijde 30) Wordt vervolgd. Het verhaal is nog niet af.