met het essay van P.F. Thomése ‘Een perpetuum mobile van taal”Over Tonnus Oosterhoffs “Op de rok van het universum”‘. ‘Het wordt een kluwen waar je niet meer de losse verhalen als separate draden uit los kunt trekken. Steeds komt er een hele hoop rotzooi aan verhalen mee. Dankzij de onnavolgbare Gilles Deleuze hebben we daar een term voor:’rizoom’,een aan de biologie ontleend begrip,dat daar wordt gebruikt om een in elkaar gegroeide kluwen van wortels te duiden,een wirwar waarin niet meer is vast te stellen welke wortel aan welke plant toebehoort. In zijn essay over Mettes noemt Oosterhoff zich een ‘informatiesporter’. Hij bedoelt daarmee dat hij graag zelf aan het klussen slaat met heterogene informatie en niet zit te wachten op een vooraf opgelegde vaste ordening,zoals we die zo goed kennen uit het realisme,en in het algemeen van de zogeheten ‘well written novel’,waar elke mus keurig van het dak valt als de schrijver hem zulks opdraagt. Door dit nieuwe woord ‘informatiesporter’ moest ik denken aan het informaticabegrip hypertekst,vaak afgekort als HTML. Ook internet werkt immers als een rizoom,waar alles met elkaar gelinkt is,zonder dat er een begin,midden en einde valt vast te stellen. Die onafzienbare informatiestroom die in ‘de rok’ op gang wordt gebracht en die mensen en dieren gelijkelijk met zich meesleept,door elkaar haalt,met elkaar verwart etc.,zou je een hypertekst kunnen noemen,een tekst die allerhande andere teksten in zich opslokt en ‘ar random’ weer uitspuwt.'(bladzijde 30) Wordt vervolgd. Nu weer verder met het verhaal ‘De dieven en het woord’ van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘Alles één woord’. ‘Natuurlijk gaan we door en men houdt ons voor bankiers of valsemunters of kolonels buiten dienst of,zoals je ziet,trotskistische marionettenspelers,voorwereldlijke revolutionairen die de ene vrijheidsstrijd na de (verloren) andere trachten te manipuleren. Jouw eeuw is die van de uiterste vervreemding geweest. Menselijke veiligheid. Laat maar gaan. Maar als een god zijn godfaldera niet meer doet,althans zo nu en dan,om het stof eraf te blazen zoals ik altijd zeg,dan houdt hij op te bestaan.'(bladzijde 43) Wordt vervolgd. Het verhaal is nog niet af.