met ‘Netwerk in eclips’ van Samuel Vriezen. ‘Van hieruit kunnen zij,misschien,hopelijk,het omringende,allesdoordringende hypernetwerk van de heersende opinie infecteren. Het wilde weven Een netwerk is geen gebied met afgebakende grenzen. Het kan altijd uitgebreid worden. Buiten het netwerk is er vooral meer netwerk,een omgeving waar ook verbanden mee kunnen worden gelegd. Als we bedenken dat ’tekst’ en ‘netwerk’ met elkaar samenhangen – de middenterm is ’textuur’ – wordt het verleidelijk om Jacques Derrida’s beroemde ‘Il n’y a pas de hors-texte’ te parafraseren:er is geen buitennetwerk. De hyperlinkstructuur van het world wide web is daarvan illustratie bij uitstek:een link kan naar werkelijk alles verwijzen,zolang het maar op internet is. Ongetwijfeld is er wel iets buiten tekst,netwerk,internet,alleen kan de wereld van tekst,netwerk,internet er zelf geen verbinding mee leggen. Wel blijft het denkbaar dat wat er buiten deze weefsels bestaat effect op ze kan hebben. We mogen aannemen dat iets als ‘de werkelijkheid’ sporen trekt door de tekst (of door het netwerk). Maar het weefsel heeft alleen toegang tot wat er direct mee verbonden is.'(bladzijde 14-15) Wordt vervolgd. Nu weer verder met het verhaal ‘Over de ogen’ van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘Alles één paard’. ‘Oude Dame is heel slim. Maar nu is ze oud en ze wil niet sterven. Ze probeert te doen alsof ze heel heel oud is. Ze beheerst haar nakroost met haar oudevrouwenkwalen. Ze is heerszuchtig en laat hen voor haar vliegen. Ze heeft een uitslag op een voet die zalf behoeft en gedweee vingers.'(bladzijde 82) Wordt vervolgd. het verhaal is nog niet af. Een bijzonder woord. Uit ‘Lichtspraak’ van Mark van Tongele. Uit ‘De kleur van gemis’ ‘koukrimp,glaassterroetdauw en daaronder een lijkwitte kimgang’ (bladzijde 58).