met ‘Netwerk in eclips’ van Samuel Vriezen. ‘Het medium is niet langer een vervanger voor ‘de wereld’ maar het mechanisme waardoor we dachten dat de wereld gerepresenteerd werd. ‘en de containers steeds de containers. oculair bewijs laat varen’. Geen taal als een neutrale verzameling van discrete (in alle betekenissen) wijzers,met elk een eigen verhouding tot een of ander ‘aangewezene’. ‘Kopieert een kopie’. Maar:taal als relatief autonoom systeem. ‘Kijk naar taal’. Als taal als medium dit systeem vormt,dan worden de intrinsieke of onderscheidende eigenschappen van het schrijven als kunstvorm afgeleid van de structuur van het teken. ‘een abstract willen/noem nu “semiotisch”. tekennadruk vangt aan’. Saussure,en dan de rest. De verdeling van het teken (en dus van betekenistoekenning) in een betekenaar en een betekende. Betekenaar=materiële vorm. Betekende=concept,mentaal beeld. [het ontoereiken van betekenaar & betekende]. ‘het disaggregeren. Uiteen/bedoeld’. Het teken is een ‘binaire belofte’ en vormt een systeem dat betekenistoekenning toestaat door een eigen raster van verschillen op te stellen. ‘Alles staat in verband met al het andere. alles betekent alles’. Geen woord/referent-verhouding. ’tegen welke moet een teken zich uiterst koppig verzetten’.'(bladzijde 65-66) Wordt vervolgd. Nu weer verder met een gedicht van Hans Tentije uit de bundel ‘Om en nabij’. Uit de afdeling ‘om de herinneringen’ gedicht I: ‘Bijna alles maakt het anders -///de entree zal destijds nog niet van glas geweest zijn/noch spiegelde onder de arcade aan de piazza Carlo Felice/het rode neon van de naam Hotel Roma/zich al in de ruiten en het nauwelijks uitgesleten/hardstenen plaveisel’ (bladzijde 9) Wordt vervolgd. Het gedicht is nog niet af. Een bijzonder woord. Van Tonnus Oosterhoff uit ‘JA NEE’ het woord ‘wederdrol’. (bladzijde 17)