met ‘Walter Benjamin – Reddend nihilisme’ van Frank vande Veire uit het boek ‘Als in een donkere spiegel;De kunst in de moderne filosofie’. ‘Zij is een ‘noodzakelijk’ omhulsel,dat wil zeggen een omhulsel dat,indien men het wegnam,de ononthulbaarheid van het omhulde zou doen ervaren:het geheim. Zo ook de schoonheid van Ottilie:deze verschijnt van meet af aan als een schoonheid die moet verbleken om plaats te maken voor de waarheid. Maar tot het einde toe blijft deze verbleking zelf schoon,en de kritiek kan niet anders dan trouw blijven aan die schoonheid. In ‘Ursprung des deutschen Trauerspiels’ zal Benjamin het zo formuleren:’De waarheid is geen onthulling die het geheim vernietigt,maar een openbaring die het recht doet.’ Godverlaten Barok In ‘Ursprung des deutschen Trauerspiels'(1925) behandelt Benjamin het Duitse barokke drama uit de zeventiende eeuw. Na een gedetailleerd onderzoek naar de motieven die in dit soort drama regelmatig opduiken (bijvoorbeeld de wrede maar machteloze tiran,de hoveling-intrigant),delft Benjamin naar het waarheidsgehalte van deze vergeten kunstvorm. Wezenlijk aan de schriftuur van het barokke drama is zijn allegorische karakter. Hierbij gaat het niet primair om de allegorie als een stijlfiguur,noch om de inhoud van de barokke allegorieën. De allegorie is voor Benjamin in de eerste plaats een taalvorm die een wijze van ‘in de wereld zijn’ uitdrukt.'(bladzijde 179) Wordt vervolgd. Nu weer verder met een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘Lichtspraak’. ‘IN DE WAAN VAN DE DAG/////Het modieuze lichaam glijdt rimpelloos de dag/door,als een vitale consument,seksueel vrij,/anti-autoritair,niet houdend van het establishment,///maar des te meer van echte mensen,relaties/aangaand,verwervend,verdedigend,ontdekkend./niet of-offend,maar en-ennend,meer is meer,///praktische luxe,sexy buikje,verre oorden./fabeltjesland,trendy bio,’buenos noches’,/vlammen,hittebestendig,souvenirs;///maar minder kabels.lussen en snoeren,/meer basiscs en minder nutteloze functies/-de raadselachtige toetsen,weg ermee.///Het flatterige lichaam flappert niet,/het verkreukelt noch kreupelt:///als het maar goed afloopt.'(bladzijde 13)Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ het woord ‘rechterdaad’. (bladzijde 148)