met ‘Nomaden-denken’ van Gilles Deleuze. ‘Wat zijn nu de kenmerken van een aforisme van Nietzsche,die ons deze indruk geven? Er is en één dat Maurice Blanchot in ‘L’Entretien infini’ in het bijzonder heeft benadrukt. Namelijk de relatie tot het buiten. Wanneer men een tekst van Nietzsche op een willekeurige bladzijde openslaat,treedt men voor het eerst niet meer in een innerlijkheid binnen,hetzij de innerlijkheid van de ziel of van het bewustzijn,hetzij de innerlijkheid van het wezen of van het begrip,dus dat wat altijd al het principe van de filosofie was. De filosofische stijl wordt gekenmerkt doordat daarin de relatie tot het uitwendige altijd door één of andere inwendigheid is bemiddeld en teniet gedaan. Nietzsche daarentegen fundeert het denken en het schrijven op een onmiddellijke relatie tot het buiten. Wat is een zeer mooi schilderij of een heel mooie tekening? Er is een lijst. Ook een aforisme is ingelijst. Maar wanneer wordt dat wat binnen de lijst is mooi? Vanaf het moment dat men weet of voelt dat de beweging binnen de lijst elders vandaan komt,niet binnen de begrenzing van de lijst begint. Zij begon boven of naast de lijst en de lijn loopt dwars door de lijst. Zoals in de film van Godard wordt het schilderij tegelijk ‘met’ de muur getekend. In plaats van een begrenzing van het schilderij-oppervlak te zijn,is de lijst welhaast het tegendeel,zij brengt namelijk een onmiddellijke relatie tot het buiten tot stand.'(bladzijde 52-53) Wordt vervolgd. Nu weer verder met een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘De loeiende tier’. ‘WORDS///// ‘Words,words,’ bijvoeglijk/ten believe van het bestaan:/animaal,gevaarlijk,welaan,/zelfkwellend,ziek,mystiek,/kritisch,paradoxaal,privé,/vegetarisch.om het even/welk,frivool,weerbaar,/heldhaftig,ondernemend,/passioneel,teruggetrokken,/een dat rijmt op brokken,///dooreen brengen ze leven in/de brouwerij van een gedicht,/de domoor,naast de slimmerik,/hoe de dood ten dans leidt/heilig,gezond en wijs,lieve/deugd,het bindsnoer de zon,/’t is alsof de duvel ermee speelt,/schoonheid,genade,liefde,/fulguriet,het is gekkenwerk,/daar kun je naar fluiten.'(bladzijde 10) Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ het woord ’toenaamtoemaar’.(bladzijde 154)