met ‘Een absurde paradox'(Kierkegaard,Camus)van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Het antwoord op die vraag zal voor Kierkegaard negatief luiden. Die kloof is niet te overbruggen,zo concludeert hij,geheel in lijn van de protestantse traditie die tussen het eeuwige en het tijdelijke altijd al een radicale breuk heeft verondersteld. Die breuk is het tragische in het bestaan van de mens. Want wat hier op het spel staat,is voor Kierkegaard het allerbelangrijkste wat een mensenleven aangaat:de vraag naar redding of verdoemenis voor de eeuwigheid. Twee jaar later werkt hij dat in zijn ‘Afsluitend onwetenschappelijk naschrift'(1846) op een filosofische manier uit. Zijn voornaamste tegenstander is Hegel,de filosoof die alles denkt en de hele werkelijkheid in één groot systeem onderbrengt,vanaf het meest nederige tot God aan toe. Hegel zoekt het algemene. ‘De moderne speculatie heeft er alles aan gedaan dat het individu objectief buiten zichzelf zou treden’,schrijft Kierkegaard. Hegel redeneert als systeemdenker op algemeen-geldige,aan het individu uitwendige wijze. En daarmee gaat hij voorbij aan datgene wat het individu het diepste aangaat:de subjectiviteit waarin volgens Kierkegaard de werkelijke waarheid schuilt. Die waarheid is aan elk individu eigen en voor elk individu anders.’De waarheid is de subjectiviteit’,luidt dan ook de ondertitel van het tweede hoofdstuk van het ‘Afsluitend onwetenschappelijk naschrift’.'(bladzijde 211/212) Wordt vervolgd. Nu weer verder met een gedicht uit de reeks ‘Digitale sonnetten’ van Mark van Tongele uit de bundel ‘Gedichten’. ‘Stempelende druppels drukken op/de bodem van het vat van verveling./Galzuur. Rioolroosters lopen over./Door het slijk van de werkloosheid/word ik arm als de straat gehaald./Vochtmuren. Schimmel op de uren./De leegstand van de broodtrommel./De grootindustrie slijpt op het geld-/zuchtig wiel van de economie haar/messen. Ik ben een zieltogende onder-/neming. De cadans kadavert liefde/stuk. Het huis huivert,als de rott-/weilers van de deurwaarder blaffen./Schuldeisers,krijg het schurft!'(bladzijde 117)Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘dit de grimmige rots’.(bladzijde 228) Dit blog is nog steeds onderdeel van het project ‘Ondertiteling’ en behoort bij mijn reeks ‘Hommages’. Al een aantal jaren maak ik voor mijn literaire helden een hommage. Nu ben ik bezig met Mark van Tongele en H.C.ten Berge. Op stapel staan o.a. W.G. Sebald,B.Zwaal,Frans van Dixhoorn,Perec,Beckett. Deze overgeschreven fragmenten van filosofen en de teksten van de dichter of schrijver waar ik de hommage voor maak heb ik nodig als aanloop voor de vrije trap die ik in gedachten heb en uiteindelijk ook uitvoer. Zie voor wat ik al gemaakt heb mijn website www.willembroens.nl afdeling ‘overzicht van het werk’.