met ‘Een absurde paradox'(Kierkegaard,Camus)van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Die bestaanswijze noemt Kierkegaard ‘existentie’. Daarmee wordt niet (zoals in het middeleeuwse taalgebruik)gerefereerd aan het simpele bestaan van dingen in de wereld,maar aan de specifiek menselijke bestaanswijze waarin het juist gaat om deze subjectiviteit. En het is de existentie die volgens Kierkegaard tot iets onverschilligs wordt gemaakt in een systeem dat pretendeert de wereld vanuit een objectieve algemeenheid te beschrijven. Hegel doet dat op exemplarische wijze,maar de filosofie heeft in de hoofdstroom van haar traditie,net als de wetenschap,eigenlijk steeds niets anders gedaan. Kierkegaard kan Hegel echter niet weerleggen door tegen hem in te redeneren met dezelfde ernst die Hegel zelf aan de dag legt. Juist dat ernstige denken staat niet toe dat het ooit van zichzelf afstand kan nemen. Het pretendeert de waarheid in pacht te hebben en meent die ook te te kunnen bewijzen. Maar juist om die algemeenheid kan het hier niet gaan:zij is voor de concreet existerende,singuliere mens net zo min relevant als mathematische waarheden. We kunnen wel eindeloos objectieve waarheden debiteren,maar daarmee bereiken we niet de werkelijkheid waarin we als subject existeren. Het gaat Kierkegaard om de dringende existentiële vraag nar het persoonlijke menselijke heil. Hoe kan iemand ‘gerechtvaardigd leven?’ (bladzijde 212) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht uit de reeks ‘Digitale sonnetten’ van Mark van Tongele uit de bundel ‘Gedichten’. ‘De betekenissen halfstok/gehesen. De woorden voorbij./In de begrafenisshow playbackt/een engel,purper van charme,/knijpend in de onschuldige/ziel van zijn idool. Van wierook/bevangen lanterfantert hij hoog/in Gods lijkbleke notenbalken./Is deze dodenzang een smartlap/ten oorbaar van astraal licht die/de sterrenkernen laat trillen?/Slaapt de zon in een hemelbed?/Of op de grond van duisternis/als een goddeloze zwerver?'(bladzijde 118)Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘en daar moest het lachen zijn’.(bladzijde 228)