Weer verder met het essay ‘Ongeschreven wetten’ van Stefan Hertmans uit de bundel ‘Het zwijgen van de tragedie’.
‘Op het punt gekomen waar ze de macht van de echtgenoot heeft overwonnen (door de hulp van de minnaar), wordt Klytaemnestra overmoedig. Ze tart de goden door de dertiende van de maand (de dag waarop het bloedbad plaatsvond) uit te laten roepen tot feestdag. Hier krijgt ze de tegenstand van andere vrouwen: ze raden haar deze opstand tegen de goden af. Klytaemnestra is geen Antigone – ze is een verdwaalde vrouw die dieper heeft geleefd dan haar lief was. Ze heeft geen ate (hang naar het noodlot), ze heeft gewoon brute pech.
Net als de wachtende Penelope, heeft de wachtende Klytaemnestra een doek geweven voor haar man. Maar terwijl de eerste het eindeloze bruidskleed van haar trouw heeft zitten weven (en heeft uitgetrokken en weer geweven om haar minnaars op afstand te houden ’tot het kleed af was’), heeft Klytaemnestra een vangnet klaar, dat ze over haar nietsvermoedende, net thuisgekomen overspelige echtgenoot gooit. Als een vis gevangen, wordt hij vervolgens door Aighistos met een paar brute houwen gedood.
De versie in Griekse mythen.
‘Toen Agamemnon zich gewassen had en een voet buiten het bad zette, vol verlangen om aan te zitten aan de welvoorziene dis die al op de tafels stond, liep Klytaemnestra naar hem toe alsof ze hem een handdoek wilde omdoen, maar in plaats daarvan wierp ze hem een door haarzelf geweven kledingstuk over het hoofd, een net zonder hals- of armgaten. Als een vis hierin verstrikt werd Agamemnon omgebracht door Aighistos, die hem tweemaal sloeg met en tweezijdig zwaard. Hij viel terug in het zilveren bad, waar Klytaemnestra het haar aangedane onrecht wreekte door hem met een bijl te onthoofden.’ (bladzijde 184-185) Dit is fragment 83. Wordt vervolgd.