Weer verder met ‘Gedichten van Friedrich Hölderlin’
vertaald door Ad den Besten.
Verder met
‘De lente
Hoe zalig om te zien! Haast heeft het uur geslagen,
dat mensen vergenoegd weer gaan door de landouwen
en naar elkanders welbevinden vragen
en ’t leven tegemoet gaan vol vertrouwen.
Naar zich de hemel welft en wijd zich uitspant, beven
van vreugd’ om licht en lucht de mensen, en in ’t vrije
zingen de vogels, al wie naar nieuw leven
verlangt oproepend tot gezang – ’t wordt meie!’
(Bladzijde 385) Dit is gedicht 82. Morgen verder met dit gedicht ‘De lente’.