alleen een gedicht van Borges. ‘HET GEHEIMSCHRIFT/// De stille vriendschap van de maan/ (ik citeer Vergilius verkeerd)vergezelt je/ sedert dat vervlogen heden in de tijd,/ nacht of avondval waarin jouw lege/ ogen haar definitief ontcijferden/ in een tuin of een hof die stof zijn./ Definitief?Ik weet dat eens iemand/ jou echt zal kunnen zeggen:/ Je zult de heldere maan niet meer zien./ Je hebt het onwrikbare aantal keren/ dat het lot je heeft beschoren verbruikt. Alle ramen van de wereld openen/ heeft geen zin.Het is te laat.Je zult haar niet vinden./ We ontdekken en vergeten in ons leven/ die aangename gewoonte van de nacht./ Bekijk haar goed.Het kan de laatste zijn.’ (bladzijde 125) Wordt vervolgd.