met het boek van Peter Henk Steenhuis en René Gude ‘door het beeld door het woord’. ”Het een kan niet zonder het ander. Voor mij heeft spiritualiteit te maken met een eenheidservaring tussen jou en de wereld,tussen lichaam en geest,lichaam en artificiële omgeving. Spiritualiteit is voor mij de weg die ik wil volgen om dichter bij zo’n eenheidservaring te komen. Daarbij is aandacht en bewustwording noodzakelijk. Het zijn de beperkingen die de aandacht bepalen. Voor een kunstenaar kan dit aandacht voor en bewustwording van het materiaal waarmee je werkt betekenen.’ Het materiaal waarvan de cocon gemaakt is. ‘Niet alleen. Ook het materiaal waarvan de cocon niet gemaakt is. Het hout,het staal,het katoen – ik heb het uiteindelijk allemaal niet gebruikt,en het duurde een tijd voordat ik ontdekte dat het niet werkte. Pas nadat ik er aandachtig en geruime tijd mee heb gewerkt,ontdek ik het geheim van een bepaald materiaal. Het betekende bij het maken van deze cocon ook vaak dat een poging,mijn mogelijke oplossing,mislukt was. Dat is onderdeel van het spirituele pad:mijn wil blijkt nogal eens te verschillen van de wil van het materiaal. Het is de acceptatie van alles wat er tijdens het maken gebeurt,zonder te oordelen of te verwerpen.’ Materiaal heeft een wil? ‘Zeker,een wil en een geheim dat ontdekt moet worden.’ Nu wordt het verhaal niet zweverig,toch? ‘Integendeel. Ik wil dat hout,dat staal,dat katoen ergens voor gebruiken,en het werkt niet. Waarom niet? Dat is de wil of het geheim van het materiaal waar ik pas na geruime tijd achter kom. Als ik mijn wil aan het materiaal opleg,wordt de werkwijze bijna agressief. Ik heb veel van mijn ideeën moeten loslaten. Je zou kunnen zeggen:mijn ego moeten loslaten om deze cocon te kunnen maken.'(bladzijde 75-76) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Breyten Breytenbach uit ‘In de loop van de woorden’. ‘(de schrijfdaad)///de bittere etter die uit de handhond kweelt/maakt de mondwond weer kwijlgezond en heel'(bladzijde 22) Wordt vervolgd.