met ‘Megalomanie voor beginners,protocollen’. Uit ‘Nergensman’ van P.F. Thomése. ‘Wie vervloekt het schamele plankje dat hem drijvende houdt op de oceaan? Hij prijst het,hij koestert het als het mooiste,het zeldzaamste,het kostbaarste wat er bestaat. De eerste persoon. Het geschreven woord is van niemand. Het verschijnt op muren,licht op op laptops,het knispert in kranten,het spreekt in boeken en zwijgt in alle talen. Het ligt altijd klaar. Voor de eerlijke vinder. Het is er pas wanneer het wordt toegeëigend. Het geschreven woord stelt je in staat niet te bestaan. Het laat je vrij. Je hoeft niets terug te zeggen. Het geschreven woord is niet van een ander,het is van niemand. En als je wilt is het van jou. Ik heb mij er altijd aan vastgeklampt,in treinen,in overvolle huiskamers en zelfs in de stilte van het alleen gelaten zijn. Een bladspiegel is voor mij een spiegel om dankbaar achter te verdwijnen. Hoe gemakkelijker de woorden geschreven worden,des te moeilijker ze te vinden zijn. Er zijn er te veel. Ze verdringen elkaar,ze verbergen elkaar,ze maken elkaar en daarmee zichzelf onzichtbaar. De wereld om ons heen valt uiteen in losse woorden en wordt onleesbaar. De persoon van de schrijver werkt als een magneet die al die losse woorden aantrekt en ze van een vorm voorziet.'(bladzijde 37-38) Wordt vervolgd. Nu weer verder met het verhaal ‘Tussen de benen’ van Breyten Breytenbach uit de bundel ‘Alles één paard’. ‘Herken je Orgasme? in de vroege morgen moet er heel wat aan elkaar gelapt worden om tot de conclusie te komen dat de overledene een travestiet was. (Hoewel,wie zal het ooit zeker weten of een bliksem kunnen schelen? Geen bediening,geen geld.) God is een Braziliaan. En heel God is één Woord. Verder:de vrijheid komt voor hem of haar die het langst leeft. En:sommige mensen praten te veel tussen de benen.'(bladzijde 15) Dit was het verhaal. Wordt vervolgd.