met ‘Weerstandsbeleid (nieuwe kritiek)’ van Jeroen Mettes. ”Signifiant’ en ‘signifié’ zijn tegengesteld aan elkaar maar eveneens onscheidbaar,precies zoals vorm en inhoud. Niet de minste tegenstanders van het vorm-inhoudmodel zijn vaak de dichters zelf. Neem bijvoorbeeld dit prozagedicht van Gertrude Stein uit ‘Tender Buttons’ (1914): ‘A Box///Out of kindness comes redness and out of rudeness comes rapid/same questiopn,out of an eye comes research,out of selection/comes painful cattle. So then the order is that a white way of being round is something suggesting a pin and is it disappointing,it is not,it is so rudimentary to be analysed and see a fine substance strangely,it is so earnest to have a green point not to red but to point again.’ Literatuurwetenschappers doen er goed aan niet alles wat ze – ook na lange studie – niet begrijpen uit te roepen tot een allegorie van de problemen van interpretatie of een systematische ‘verstoring’ van de lezer. Maar men zal het mij moeten kunnen vergeven of ik Steins gedicht lees als een parodie op de voorstelling van een tekst als doosje. Het vocubulaire – ‘question’,’research’,’selection’,’suggesting’,’analysed’,’point’, – suggereert dat interpretatie of betekenisproductie inderdaad een thema is van de tekst.'(bladzijde 248-249) Wordt vervolgd. Nu weer verder met het gedicht ‘Achteraf’ van Hans Tentije uit de bundel ‘Om en nabij’. ‘draadbeugels,koersborden,drijfstangen en wielen/overal,de v-vormig op elkaar gelaste stroken van de veren/die schokken,oneffenheden dempten/en de cadans verzachtten///bijna horizontaal over het vuil van de ruiten/gejaagde regendruppels tijdens onachterhaalbare/trajecten,uit zicht verdwenen/landschappen,steden,gehuchten -///souvenirs voor het oprapen als je erbij kon,als de honden/van de bewaking er niet waren'(bladzijde 21) Dit was het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘In de loop van de woorden’ van Breyten Breytenbach het woord ‘nachtwijsmakerij’. (bladzijde 47)