met ‘Vrijheid'(Proust,Bergson,Husserl,Sartre,Beauvoir)van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Het rust niet in zichzelf,maar is bij de dingen en zwerft door de wereld heen. Beter gezegd:bewustzijn vormt de ontmoeting tussen het ‘ik’ en de wereld,en juist in die ontmoeting worden beide werkelijkheid. Die mensvisie is nieuw en zal Sartre diep beïnvloeden in zijn antwoord op de vraag wat een mens eigenlijk voor wezen is – en vooral wat hij zou moeten zijn. Een mondain bewustzijn Sartre komt Husserl op het spoor wanneer zijn jeugdvriend Raymon Aron in het begin van de jaren dertig terugkomt van een studieverblijf in Duitsland en hem in een café vertelt dat hij daar een denker heeft ontdekt ‘die van dit glas bier filosofie weet te maken’. Dat is Sartre,die verlangt naar een denken dat zich niet opsluit in abstracte beschouwingen maar betekenis heeft voor het alledaagse leven,uit het hart gegrepen. Ook Sartre vertrekt naar Duitsland,waar hij terechtkomt in Berlijn:niet bepaald het kloppend hart van de fenomenologische filosofie. Husserl heeft gedoceerd in Freiburg,waar hij in 1928 is opgevolgd door zijn assistent Martin Heidegger. Met diens geschriften zal Sartre later kennismaken in Berlijn. Vooralsnog laat Sartre zich echter vooral door Husserl inspireren bij zijn eerste filosofische publicatie:’De transcendentie van het ego’ uit 1936.’ (bladzijde 235) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht uit de reeks ‘Taalmineraal’ van Mark van Tongele uit de bundel ‘Gedichten’. ‘Baleinen ochtendgloed:/een slipje zon. zinnentrekker./o geraffineerd taallinnen./kleur schiet ons te binnen./god op stip van tijd.wij ver/wekken elkaar.lichtsprong.’ (bladzijde 81) Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘en mijn hart als een zon stond’. (bladzijde 227)