weer een hoofdstuk uit het boek van Ger Groot ‘De geest uit de fles’ (Hoe de moderne mens werd wie hij is);Het boek is zeer goed geschreven. Hoofdstuk:’Hofdames’ (Foucault). ‘Lévi-Strauss meende met zijn analyse van de mythen en andere culturele ‘stemmen’ wereldwijd een alternatief te hebben gevonden voor het transcendentale ‘ik’ dat bij Kant nog gebonden was aan het subject. Niet het ‘ik’ bracht volgens Lévi-Strauss vanuit zichzelf de orde en betekenis van de wereld voort,maar een anoniem veld waarin het subject opnieuw ‘subject’ werd,maar nu in een nieuwe betekenis van het woord. Het was van begin af aan onderworpen(subjectum) aan een stramien dat het maakte tot wat het was. Zijn identiteit werd niet van binnenuit,maar van buitenaf bepaald. Lévi-Strauss meende daarmee een nieuwe universele wet te hebben vastgesteld. Het transcendentale veld dat hij blootlegde gold volgens hem voor de mens in zijn algemeenheid overal en altijd. Zo strikt en onbeweeglijk als Lévi-Strauss de stichtende rol van ‘het systeem’ of ‘de structuur’ opvat,is het bij de meeste andere structuralisten niet. Vooral Michel Foucault wijst erop dat onze manier van denken door de geschiedenis heen juist onderworpen is geweest aan – soms bruuske – veranderingen. Ook hij laat zich leiden door de overtuiging dat deze predispositie niet voortkomt uit de wil van het subject,maar deze wil juist mogelijk maakt en dus logisch eraan voorafgaat.'(bladzijde 297) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘Ademruis’. Titel:’Wat wou ik weer zeggen?’ Och,zozo./Het is uit,het zij zo./Laat maar zitten!///Nu dan,/als je het dan beslist weten wilt,/ook goed,dan niet!///Kun je je wel voorstellen!/Zou je denken?/Zeker weten!///En dan,wat veder?/Nou en of!/Zo goed als dood!///Dat ik daar nooit erg in gehad heb!/Dat juist mij nu zoiets moest overkomen!/Stommeling die ik ben!///Drinken dat ze daar deden!/Vuil dat het daar is!/Gelogen dat ze heeft!///Weet je dat eerst nu,/na dit gedaan te hebben,/niet eerder?///Had ik dat soms moeten doen?/Dat is,dat vind ik echt!/Dus:wat moet ik zeggen?'(bladzijde 37-38) Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘ook bloedde het boek op de bergen’. (bladzijde 221)