met ‘Miniaturen en de gulden regel'(Kant,Pamuk)van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Maar Kant zet als filosoof wel de eerste stap in de richting van een denken waarin de werkelijkheid wordt teruggebracht naar datgene wat ‘verschijnt’:de wereld is niet meer iets wat in zich rust,maar is een fenomeen dat vorm krijgt dankzij zijn verschijning aan ‘mij’. Zo’n honderd jaar later zal de fenomenologie daarop voortborduren,en dáárop weer de existentiefilosofie die aan dit nog tamelijk kil-technische,kenkritische schema de warmbloediger kleuren zal geven van een gemoed dat voelt,ervaart,hoopt,vreest en verlangt. Een gemoed,bovendien,dat vanuit die aandoeningen de wereld steeds in een ander licht zal zien verschijnen. En nog net iets eerder zal Friedrich Nietzsche zelfs beweren dat waarheid niets anders dan een vorm van perspectivisme is:waarheid verandert naarmate iemand een ander standpunt inneemt en zal de absolute stelligheid waarin zij ooit de ene ‘goddelijke’ waarheid zei te belichamen,definitief verliezen. Lang voordat de filosofie deze conclusies trekt,kunnen we in de schilderkunst deze subjectivistische revolutie van het perspectief al ‘zien’. De nieuwe picturale technieken die vanaf de Renaissance en vooral het begin van de moderne tijd het aanzien van de Europese schilderkunst veranderen,illustreren bij voorbaat de triomf van het individuele gezichtspunt boven dat van de algemene,subjectloze representatie van ‘de’ werkelijkheid tot court.'(bladzijde 79)Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van H.C. ten Berge uit de bundel ‘Poolsneeuw’. Titel:’Middag met antonius’. ‘In zijn kruin staat geschoren de psalm van de zon/Zwart breekt het zweet uit zijn kap/Middag wekt de monnik/Men groeit in zijn leegte/Op een zeer warm uur///Hitte de hersens ontbindt/En verlinkt zijn getijden;rimmel/Van gebed loopt de mond uit/Zijn lust valt kreupel in de hinderlaag van stilte///Dan vrouwen stemmen zich open/Als waaiers van loomheid,/En breken///Duif in het hart///Als de eetnap/Geleegd worst/De waaier gewist/Uit de cel.'(bladzijde 24) Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Verder met een gedicht van Lucebert uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’. Titel:’fragment:louteringsbergen’. ‘4/beesten betaald/door een wereld verloren///hoor naar het orgel van graan/wind bloem voor het oor/de maan de wind/van het hart omhelzende hart/vrede te drinken te eten/voor een lichaam in veelvoud///maar buiten daarbuiten/wolven zwàrt koud/en gras as onder wonden'(bladzijde 448)