met het boek van Arthur C. Danto ‘Wat kunst is’. ‘Ik begreep er niets van – tot ik me realiseerde dat de studenten laaiend enthousiast waren omdat ze dachten dat het college over de filosofie van politieke actie zou gaan. Het waren revolutionaire tijden op de universiteit,en hier was een filosoof die kennelijk ging spreken over wat het naast aan het studentenhart lag. In mijn hele leven heb ik nog nooit zo veel verveelde en ontgoochelde gezichten gezien als toen ik uitlegde dat mijn interesse uitging naar zulke eenvoudige handelingen als het optrekken van wenkbrauwen of de verwarming hoger zetten. Het verschil tussen die bezigheden en het omverwerpen van het kapitalisme – of het militair-industriële complex – was gewoon te groot en de wereldhervormers konden geen geduld opbrengen voor dingen die ik daarentegen fascinerend vond. Een filosoof die toen als student in de zaal zat,haalde laatst nog herinneringen op aan hoe ik daar voor een schoolbord vol logische structuren stond. De tweede keer dat zoiets gebeurde was toen ik een verzameling essays publiceerde in een boek dat ik ‘The Body/Body Problem’ heb genoemd. De titel verwees indirect naar een afgezaagd maar eeuwig onopgelost onderwerp in de filosofie,het zogenaamde geest/lichaamprobleem,en ik presenteerde mijn ideeën in eerste instantie aan een academisch publiek op Columbia University in de jaren tachtig. Maar toen het boek in 1999 verscheen was ‘het lichaam’ in de culturele dialogen een hot topic geworden,voornamelijk als gevolg van genderstudies,homostudies en feministische theorievorming,om nog maar niet te spreken van de overwegingen van privacy die het recht van vrouwen op abortus onderschreven – onderwerpen die nauwelijks aan de orde waren toen ik de oorspronkelijke verhandeling had geschreven.’bladzijde 102-103-104) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Bernlef uit ‘Voorgoed’. ‘ERIK SATIE ///Als een slee door sneeuw/als een pingelende pink/als een storm in een vergeten glas/ranja/3x ‘als’ en nog niet gezegd/wie Satie is/die te jong was/voor deze wereld van oud brood.///Ik zet zijn ‘Sports et Divertissements’ op/20 bewijzen van lichtvoetigheid/en schrijf:/als een oude dame in een speeltuin/als vogeltenen in verse aarde/als doe als da/schreeuwt mijn dochter/en ja/c’est ca/c’est Satie.'(bladzijde 86) Wordt vervolgd.