Weer verder met het essay ‘Ongeschreven wetten’ van Stefan Hertmans uit de bundel ‘Het zwijgen van de tragedie’.
‘In die zin is haar daad een mythische droom over existentiële schuld. Niets zou absurder zijn dan Antigone een assertief pleidooi voor integriteit te horen afsteken – niets weerzinwekkender ook. Het prototype van de Prinzipienreiter is eerder Kreon; hij beroept zich op alles wat de wet tot Wet maakt; op alles wat het principe tot Principe maakt; en hij geeft dat principe op zodra hij werkelijk bang wordt voor de doodsvoorspelling van Teiresias. Daarom staat hij finaal buiten het ‘goddelijke’ woord, de doem van de existentiële Logos die Antigone helemaal uitvreet. Het principe is nooit de werkelijke waarde – waarde is wat het principe met de situatie doet. (Dit klinkt bijna als een stelling van Wittgenstein, deze modern-mannelijke Antigone.)
Sofokles schreef 123 stukken, waarvan er slechts zeven integraal bewaard zijn gebleven…we kunnen onmogelijk zeggen dat we weten welke verhouding het Antigone-paradigma had met de rest van de wereld van de tragedie, laat staan dat we ook maar in de verste verte kunnen inschatten wat de verhouding van Antigone was met eventuele andere vrouwelijke hoofdpersonages. Antigone is een potscherf, wij zijn de halve blinden die haar hebben opgegraven. Onze theorieën omtrent Antigone zijn aandoenlijke pogingen het afgedekte weer bloot te leggen… in die zin doen we niets anders, al sinds Winckelmann en de opgravingen van Pompei, dan de arbeid van Antigone omkeren: we willen het begravene weer boven de aarde krijgen… onze pogingen om Antigone in de Griekse wereld te plaatsen en te begrijpen, zijn de blasfemische omkering van haar poging om de geschiedenis en de aarde hun werk te laten doen. Antigone is de ultieme anti-archeologe; ze heeft mededogen voor wat begraven, verborgen wil zijn; ze gelooft dat het beter is dat we sommige dingen niet onder ogen komen. Ze gelooft dat het beter is de ultieme waarheid van de dood niet open en bloot te laten liggen.’ (Bladzijde 117-118) Dit is fragment 15. Wordt vervolgd.