Weer verder met ‘Gedichten van Friedrich Hölderlin’
vertaald door Ad den Besten.
Verder met
‘Natuur en kunst, of Saturnus en Jupiter
Gij heerst hoog aan de dag en voor altijd geldt
uw wet, gij houdt de weegschaal, Saturnus’ zoon!
gij deelt aan elk zijn lot en zorgloos
rust g’ in de roem van almachtig heerser.
Maar naar de afgrond, weten de zangers, hebt
gij eens uw eigen vader, de heilige,
verwezen en daar waar de wilden
vóór u met recht zijn, daar jammert schuldloos,
hoe lang reeds! hij, de god van de gouden eeuw:
eens onbezorgd en groter dan gij, ofschoon
hij geen gebod uitsprak en geen der
sterflijken ooit hem bij name noemde.
Daal af dan! of breng nederig hem uw dank!
en wilt gij blijven, dien dan den oudere,
en gun het hem, dat hém voor allen,
goden en mensen, de zangers roemen.’
(Bladzijde 251) Dit is gedicht 57. Morgen verder met dit gedicht.