Weer verder met ‘Hölderlin, biografie van een mysterieuze
dichter’ van Rüdiger Safranski.
Verder met
Hoofdstuk 7
‘Daarmee was Fichte van het ene moment op het andere een beroemde filosoof
geworden.
Dat was allemaal slechts twee jaar gebeurd voordat Hölderlin in november 1794
Fichtes indrukwekkende optreden
in Jena meemaakte. Die gaf voor een auditorium van vijfhonderd studenten – dat
was vier vijfde van alle studerenden
- een lezing over de ‘bestemming van de geleerde’, een soort populaire
toepassing van zijn ‘Wissenschaftslehre’.
Hölderlin was bij die lezing aanwezig, en hij bestudeerde ook de veel
moeilijkere studie ‘Grundlage der gesammten
Wissenschaftslehre’, die sinds de winter 1794-1795 in afzonderlijke katernen
begon te verschijnen en meteen onder
de ontwikkelde mensen in Jena de ronde deed. Ook Goethe en Schiller hebben het
geschrift gelezen. Schiller bestudeer-
de het met succes, Goethe vergeefs. Maar ook hij was gefascineerd door de
wilskrachtige, vastberaden, door filosofische
hartstocht gedreven persoonlijkheid van Fichte. Bij het kennismakingsbezoek bij
Goethe had Fichte zijn jas gewoon er-
gens neergegooid. Alleen dat al had Goethe geïmponeerd.
Na zijn eerste kennismaking met Fichtes werk en de belevenis van zijn optreden
schreef Hölderlin aan Neuffer:’Ik ken
geen man met zulk een diepgang en geestelijke energie’.’
(Bladzijde 100-101) Morgen verder met dit hoofdstuk 7.