met ‘Netwerk in eclips’ van Samuel Vriezen. ”Wurg blanco/vertoon van’. In dit medium als taal als tekensysteem is betekenistoekenning een actief proces. ‘gevorkte beproeving niet als zwervend “Y is bovenbouw op onderbouw X”. Maar het gebeurt negatief. Termen krijgen betekenis door zich te onderscheiden van alle andere termen in het systeem,door zich tegenover andere termen op te stellen ‘bij wijze van verschil dat kan dienen – middels complicaties’. Dus is betekenistoekenning een systematische productie,een relationeel systeem. ‘regeert (de wereld van verschillen) ampersand lichamelijkheid’. Het is niet intrinsiek;het is niet individualistisch,punt voor punt. ‘alleen transponeren – intact,eenzaamheid,een zweem van positivisme – wacht,spreekt via ons,hergroepeer’. Het is niet transparant. Zelfs al lijkt de aanwezigheid van afzonderlijke termen te zijn uitgeveegd,dan nog zie je achterliggend de coördinaten van een tekensysteem – ‘accumulatie als motief’- dat met minieme verschillen werkt. ‘Paleis ruimteschip gecodeerd behendig denkmisdrijf. En dan’ empire ‘en het denken. geen plek in een persoon. Individualisme als afwezigheid’. En het subject wordt binnen dit taalsysteem opgebouwd. ‘Ik /instructies. gevangen door verlangen’. Drapeert het zelf ‘op kriebel declaratief gehakt sterrenvoertuig. spel spreekt subject uit. Eigen rijkdom is emotie … Proceduralisme.”(bladzijde 67) Wordt vervolgd. Nu weer verder met gedicht I van Hans Tentije uit de bundel ‘Om en nabij’. ‘hoe rook af en toe de coupé binnendrong en de landerijen/langsgleden terwijl hij voorbij verre/boerenerven en glooiende wijngaarden/de zee vermoedde///waar,op bepaalde dagen,het water onmogelijk/van de hemel te onderscheiden viel'(bladzijde 9) Dit was het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘JA NEE’ van Tonnus Oosterhoff het woord ‘steensuis’. (bladzijde 18)