met ‘Walter Benjamin – Reddend nihilisme’ van Frank vande Veire uit het boek ‘Als in een donkere spiegel;De kunst in de moderne filosofie.’ ‘Deze documenten getuigen steevast van barbarij en verdwazing,maar in de mate waarin ze door het gangbare historische bewustzijn zijn vergeten,bevatten ze een ‘vonk van hoop’ die een bres kan slaan in de zelfgenoegzaamheid van het heden. Het ‘Passagen-Werk’ is geen pure montage. Het bevat talloze commentaren en kentheoretische bespiegelingen. Wel is het gemotiveerd door de idee van een toestand waarin het heterogene materiaal zich ‘vanuit zichzelf’ tot een transparant geheel zou samenvoegen,zonder het geweld van het begrip. Deze idee is messiaans. ‘Pas voor de verloste mensheid’,schrijft Benjamin,’is haar verleden in elk van zijn momenten citeerbaar geworden.’ Zo’n verlossing blijft een limietbegrip. Alleen de Messias zou in staat zijn tot een pure montage. Voor de niet-verloste mens blijft de arbeid van het begrip noodzakelijk. Het boude ’tonen’ of ‘citeren’ kan voor hem nooit volstaan. Daarom heeft benjamin wel degelijk geprobeerd het materiaal binnen een breed historisch perspectief te begrijpen. Hierbij heeft hij wellicht nooit verwacht dat het ooit tot een ‘organische’ eenheid tussen het uitgestalde materiaal en de reflectie zou komen. Hoe het materiaal tot configuraties samenklontert en dus als het ware ‘zichzelf monteert’,moet voor het begrip ondoorzichtig blijven,hoewel het gebeuren van deze klontering onmogelijk niet tot begrip kan uitnodigen.'(bladzijde 192) Dit was het essay van Frank vande Veire. Nu weer een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘Lichtspraak’. ‘TUNINGSALON/////The fast and the Furious,inclusief/het vehikel van Drifting Ken Momura.///Meisjes diehardgetuned voor de/Hot & Steamy Show. De Low Riders/aangevuld met de Radical Jumpers.///Wagens met hydraulische vering/wippen op de maat van hiphopmuziek.///Er is een kerel die nog een joekel/verder joept:zo hard en zo hoog tot///zijn volledige stoot,een opgeblazen/glanzende chroomhoop,geheel en al///uit elkaar valt.Schrootjebaaiend./De auto’s,de vrouwen,het lawaai.'(bladzijde 53) Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ het woord ‘nieketan’. (bladzijde 154)