vandaag alleen een gedicht van J.L Borges uit de bundel ‘De Gezworenen’. Kom net terug van een staaroperatie. Citeer met één oog. ‘DOOMSDAY/// Het zal zijn bij het schallen van de bazuinen,zoals Sint Jan de/ Theoloog schrijft./ Het is geweest in 1757,volgens Swedenborgs getuigenis./ Het was in Israël,toen de wolvin Christus’ vlees aan het kruis/ sloeg,maar niet alleen toen./ Het gebeurt bij iedere klop van je bloed./ Er is geen moment dat niet de krater van de Hel kan zijn./ Er is geen moment dat niet het water van het Paradijs kan zijn./ Er is geen moment dat niet geladen kan zijn als een wapen./ Op ieder moment kon je Kaïn zijn of Siddharta,het masker of/ het gezicht./ Op ieder moment kan Helena van Troje je haar liefde betuigen./ Op ieder moment kan de haan drie maal hebben gekraaid./ Op ieder moment laat de waterklok haar laatste druppel vallen.’/ (bladzijde 15) Wordt vervolgd.