met het essay van Wjm Kok ‘Bicycle Wheel. Het conceptuele model van Marcel Duchamp’, uit de bundel ‘Hoe kunst en filosofie werken’. ”Zoals de geschiedenis (willekeurig) verdeeld is in twee perioden (AD:Anno Domini,ofwel in het jaar des Heeren en BC(Before Christ/v.Chr.)stelde ik voor dat A.D. moet staan voor After Duchamp. Gewoon een woordspel – waar Duchamp zo van hield – maar,in dit geval een letterspel,laten we het letterlijk nemen!'(vert. auteur). De lichte overmoed van deze bewering doet geen afbreuk aan het feit dat Duchamp de loop van de geschiedenis in de beeldende kunst op een tot dan toe ongekende manier van koers deed veranderen. Er lijkt zich een heel oeuvre te hebben ontwikkeld in en als gladde ruimte,vanaf de eerste tot zijn laatste spraakmakende werken,die beide toevallig een naaktmodel betreffen. Al moet daar de provocatieve kracht van de geruchten die beide op gang brachten,niet gezocht worden;het naaktmodel is in de kunstwereld een vertrouwd gegeven,van Goya tot Manet. Er zit iets ondoorgrondelijks in het zwijgen van Deleuze en Guattari over Duchamp. Joseph Beuys schreef ooit op een schoolbord tijdens een van zijn performances:’The Silence Of Marcel Duchamp is Overrated'(Schneede 1998:80). Het zwijgen van Deleuze en Guattari over het onderwerp Duchamp en de geschiedenis van de conceptuele kunst die het effect is van zijn activiteiten,wordt mijns inziens echter onderschat. De veelheid aan complexe en onderscheiden praktijken maakt het heel lastig conceptuele kunst te duiden,zelfs als men zich zou beperken tot haar ontstaan in de tweede helft van de jaren zestig. Haar relatie tot de filosofie,of de ontkenning van die relatie,is minstens zo complex en gedifferentieerd. In het weinig voorkomende geval dat Deleuze en Guattari verwijzen naar de conceptuele kunst,doen ze dat heel indirect.'(bladzijde 55-56) Wordt vervolgd. Nu weer een paar aantekeningen van Elias Canetti uit ‘Het geheime hart van het uurwerk’. ‘Wie de angst van de meest gracieuze dieren zou kunnen voelen!'(blz. 114) ‘De tijd kwam,waarin alles wat hij was geweest ineenstortte. Hij stond ernaast en klapte in zijn handen.'(blz. 114) ”Doorzichtigheid’ en ‘helderheid’ zijn bij jou misbruikte woorden geworden. Je hebt ze te dikwijls gebruikt. Je moet er nieuwe woorden voor bedenken. Met helderheid bedoel je onwrikbaarheid. Met doorzichtigheid bedoel je afzien van wolken.'(blz. 115) ‘Zinnen als enterhaken,die naar alle schepen van het denken uitslaan.'(blz. 115) ‘Of men helemaal in het leven van een ander zou moeten opgaan om zichzelf te kunnen zien?'(blz. 115) ‘Hij wierp zich ver weg en werd in de volgende eeuw opgevangen.'(blz. 115) Wordt vervolgd.