met ‘Nomaden-denken’ van Gilles Deleuze. ‘Zelfs op dat punt waar zij zich met elkaar vermengen,houden zij niet op elkaar te bestrijden. Het wijsgerige vertoog is uit de imperiale eenheid via talrijke metamorfosen geboren,via juist die vele metamorfosen die ons van imperiale formaties naar de Griekse polis voeren. Zelfs in de Griekse polis blijft het wijsgerige vertoog in een wezenlijke relatie tot de despoot staan,of tot de schaduw van de despoot,tot het imperialisme en het bestuur over zaken en personen (allerlei soorten bewijs daarvan vindt men in het boek van Léo Strauss en Kojève over ‘La tyrannie’). Het wijsgerige vertoog heeft altijd in een wezenlijke samenhang met de wet,de institutie en het contract gestaan,zaken die het probleem van de vorst vormen en die de sedentaire geschiedenis van de despotische formaties tot aan de democratieën doortrekken. De ‘significant’ is werkelijk de laatste filosofische incarnatie van de despoot. Wanneer Nietzsche niet tot de filosofie behoort,dan wellicht daarom,omdat hij de eerste is geweest die een geheel ander type vertoog als tegen-filosofie heeft ontwikkeld. Dat wil zeggen een vooral nomadisch vertoog waarvan de uitspraken niet door een rationele,bestuursmachine zijn geproduceerd,de filosofen als bureaucraten van de zuivere rede,maar door een mobiele oorlogsmachine. Misschien heeft Nietzsche in deze zin aangekondigd dat met hem een nieuwe politiek begint (wat Klossowski het complot tegen zijn eigen klasse noemt).'(bladzijde 61-62) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘De loeiende tier’. ‘GETJILP/////Toen ik las dat bij kanaries nieuwe hersencellen worden/aangemaakt ter vervanging van afgestorven exemplaren/als hun geheugen veel nieuwe informatie heeft te verwerken,/wanneer ze nieuwe deuntjes leren,nieuwe voedselbronnen/ontdekken of nieuwe partners ontmoeten,begon ik alras/te kwetteren,en van dat moment af heb ik me voorgenomen/bij de pinken te zijn,apert ervoor zorgend wakker te blijven/voor alles wat de sleur te boven gaat. Stemlenig bovenal.'(bladzijde 19) Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ het woord ’theder'(bladzijde 154)