met ‘Structuur'(Lévi-Strauss,Saussure,Lacan) van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘De grondslagen van dit structuralisme werden gelegd door de antropoloog Claude Lévi-Strauss en de godsdiensthistoricus Georges Dumézil. Beiden gingen ervan uit dat de mentale structuur die de mogelijkheidsvoorwaarde is van een betekenisvolle wereld,tot uitdrukking wordt gebracht door godsdienstige mythen. Dumézil bestudeerde die vooral bij de oude Germanen,Lévi-Strauss bij de Braziliaanse indianen die hij kort voor de Tweede Wereldoorlog een aantal malen bezocht. Hij deed daar jaren later op adembenemende wijze verslag van in zijn boek ‘Het trieste der tropen’,waarin hij tegelijk de ontstaansgeschiedenis van zijn denkbeelden uiteenzette. Kaartspel Een beslissend moment in de expedities van Lévi-Strauss was een toevallige observatie. Bij een bezoek aan de Caduveo-indianenstam viel het hem op dat de gezichtsbeschildering van de vrouwen veel overeenkomsten vertoonde met westerse speelkaarten. Bovendien vond hij de motieven daarvan terug in allerlei variaties op gebruiksvoorwerpen. Kennelijk bestond er tussen dat alles een bepaald systeem,maar onduidelijk was nog wat het betekende. Nadat hij de vrouwen gevraagd had die motieven van gelaatsbeschildering op papier te tekenen,viel de overeenkomst met speelkaarten en ook met heraldische motieven op Europese wapenschilden nog meer op,zo realiseerde Lévi-Strauss zich toen.'(bladzijde 286-287) Wordt vervolgd. Nu weer een gedicht van Mark van Tongele uit de bundel ‘Ademruis’. Titel:’Grootouderlijk visioen’. ‘Hij slaapt in het wiegje waarin mijn dochter heeft geslapen./Zijn handjes steken boven het van sterren zingend dekentje uit.///Ik zit op de bank en kijk de tuin in,die grasduint in de zon./En droom dat ik een flamingo ben,slapend op één been,'(bladzijde 48) Het gedicht is nog niet af. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ’trek aan trek uit trek om’.(bladzijde 223)