met ‘Toegang tot het zijn'(Heidegger,Husserl,Arendt) van Ger Groot uit het boek ‘De geest uit de fles'(Hoe de moderne mens werd wie hij is). ‘Een leidende ideoloog van het nationaalsocialisme is Heidegger nooit geworden,maar evenmin heeft hij zich later van dit engagement gedistantieerd. Karl Löwith,een andere student uit die tijd,heeft achteraf moeten constateren:’Het was Heidegger met het “Heil Hitler” diepe ernst.’ Ommekeer Het wrong in Heideggers filosofie tussen het decisionisme van de term ‘vastbeslotenheid’ ui ‘Sein und Zeit’ en het thema van de ‘gelatenheid’ dat hij na de Tweede Wereldoorlog centraal zou stellen. Ongetwijfeld hebben het fiasco van de oorlog en de catastrofe van het nationaalsocialisme hem tot een dergelijke terugtocht gedwongen. Misschien kan men er ook een impliciete zelfcorrectie in zien:een naoorlogs commentaar op zijn gevoeligheid voor het bij uitstek ‘vastbesloten’ nationaalsocialisme. Ironisch genoeg was de ontwikkeling van Heidegger precies tegenovergesteld aan de politiek-filosofische carrière van Sartre. Hield die laatste zich,zoals zoveel Franse intellectuelen,in de jaren dertig verre van de politiek,na de oorlog zou hij zich juist ontpoppen tot een van de luidste stemmen in het publieke debat. Met Heidegger ging het omgekeerd,niet in de laatste plaats omdat hij in het denazificatieproces na de Tweede Wereldoorlog gedurende enige tijd een publicatieverbod kreeg opgelegd.'(bladzijde 265-267) Wordt vervolgd. Nu weer verder met een gedicht uit de reeks ‘Het lidwoord stilte’ van Mark van Tongele uit de bundel ‘Gedichten’. ‘Het lidwoord stilte wast zuurstof-/schuld wit,wrijft mijn taalzeilen in/met zon. Ik kathedraal met denken,ont-/roer Gods vermogen. Zoetwaterparel.///Het licht lijnwaadt als warme wijn. Vol-/eind. De tijd lijdt borgtochtelijk:zoen-/dood van het leven. Appel nominaal./Zachtjes aan,dan breekt ons lijntje niet.'(bladzijde 56) Dit is het gedicht. Wordt vervolgd. Een bijzonder woord. Uit de bundel ‘Lucebert verzamelde gedichten’ de woordgroep ‘het kil en overvloedig veld verminkte/het vijver-inzicht tot een spitse put’.(bladzijde 225)