De zenuwtrekjes van het hart als die van een toestel dat nu nooit en te nimmer los zal komen van de grond. Ik trek me terug op het toilet en neem plaats boven de leegte. Als een engel die misselijk wordt voor het opstijgen. En daar sterf ik binnenstebuiten.’ (bladzijde 34) Wordt vervolgd. Het verhaal is nog niet af.